![]() |
![]() |
Alles
‘Niet iedereen kan dit werk doen’
Al 36 jaar probeert Liesbeth Quaadgras (85) een glimlach op het gezicht van de bellers te tonen. En daar slaagt ze vaak in. De vrijwilliger ontving voor onder meer haar inzet bij De Luisterlijn zelfs de titel Ridder in de Orde van Oranje Nassau. De Hoensbroekse vertelt wat zij meemaakt tijdens en leert van haar diensten.
‘Ik schrijf de verhalen na mijn dienst van me af’
Wat doe je als iemand belt die suïcidale gedachten heeft? Die eenzaam is? Of niet durft te scheiden, want dat is een taboe in het land van haar echtgenoot? Anne Senden (70) uit Heerlen biedt als vrijwilliger van De Luisterlijn al 27 jaar een luisterend oor. Zij vertelt over haar ervaring, de lessen die ze leerde en bijzondere gesprekken die ze voerde.
Al fietsend door de polder, kwam een vrouw mij tegemoet op de fiets met een kinderzitje voorop. In het kinderzitje zat een klein mensje. Ik vermoed dat het haar zoontje was. Voordat wij elkaar passeerden, zwaaide het jongetje uitbundig naar mij. Hij werd hierbij gestimuleerd door zijn moeder. Spontaan verscheen er een glimlach op mijn gezicht en natuurlijk zwaaide ik ook terug. Verder fietsend, genoot ik na van dit moment. Voor mij een blij momentje op deze morgen.
Haar telefoondienst bij de Luisterlijn was net begonnen. Na haar eerste warme opening had de beller aan de andere kant van de lijn meteen gezegd; ‘Een gesprek met u gaat niets worden, dat weet ik zo al’.
Tja, daar zit je dan als vrijwilliger van de Luisterlijn. Vier uur van je tijd per week besteed je aan de telefoon om gesprekken te voeren, anoniem en van mens tot mens. Je stelt je open, weet nooit wie je aan de lijn krijgt. Doet het werk met hart en ziel. Voert de mooiste gesprekken van de wereld maar krijgt soms evengoed ook wonderlijke reacties. Zoals deze.
En dan? Dan komt het eropaan. Hoe incasseer je zoiets?