DAG EN NACHT EEN LUISTEREND OOR

DAG EN NACHT

EEN LUISTEREND OOR

Ear-opener: Hard tegen Hard, koffiekopjes

Ear-opener: Hart tegen Hard

Wat doe je als een gesprek ineens kantelt? Je zit nog in een ontspannen koffiemoment als de toon plots omslaat. Iemand uit scherpe uitspraken waar jij je absoluut niet in kunt vinden. Ga je in discussie? Houd je je stil? Of is er een derde weg? In dit artikel deelt Pauline Seebregts, trainer bij de Luisterlijn, een persoonlijke ervaring én die van een vrijwilliger die worstelde met dit soort lastige gesprekken. Over hoe luisteren soms meer verandert dan overtuigen ooit kan.

Nieuwe luistervaardigheden omarmen

Ear-opener: van kunstmatig naar eigen: nieuwe luistervaardigheden omarmen

En dan begint er, na een prachtige training, weer een nieuwe groep enthousiaste vrijwilligers. Ze hebben zich volledig ingezet tijdens de training en nieuwe vaardigheden aangeleerd.

Daar gaat deze ear-opener over: hoe het voelt om nieuwe luistervaardigheden aan te leren. Een veelgehoorde reflectie is: "Dit gesprek voelde voor mij heel kunstmatig, heel onnatuurlijk." Of: "Zonder deze technieken voelen mijn gesprekken meer eigen."

Ear-opener: wat je in huis moet hebben als je écht wilt luisteren

Luisteren is meer dan alleen horen. Het vraagt om continu aanpassen in toon en energie. Je stemt af op de spreker en diens verwachtingen. Ook als die verwachtingen niet zo expliciet worden uitgesproken. Wat hoor je tussen de regels door? Hoe geef je daar woorden aan? En minstens zo belangrijk: hoe bewaak je je eigen grenzen als iemand daar (al is het maar een beetje) overheen gaat? 

Ear-opener: “Hey, hoe gaat het? Ja goed, en met jou? Ook goed! Nou mooi, houdoe!”

Een blauwe lucht met een koud zonnetje, mijn adem puft wolkjes terwijl ik naar het station fiets. Strakke planning vandaag! Ik weet precies wat ik ga doen en ik heb er zin in.Een slagboom bij het spoor gooit roet in het eten en ik moet wachten. Er komt iemand naast me staan. Ik herken haar. “Hey, hallo!” groet ik vrolijk. Ik spreek haar niet zo vaak, een paar keer per jaar. Genoeg om in grote lijnen te weten hoe het gaat maar we gaan niet bij elkaar op verjaardag. Ze knikt terug en kijkt ernstig. Ik vraag gedachteloos hoe het met haar gaat, terwijl de slagbomen klingelen voor trein nummer 2. “Hoe gaat het?”